Box 3 heffing
Vanaf 1 januari 2017 sluit de vermogensrendementsheffing beter aan bij de werkelijk behaalde rendementen op gespaard vermogen in box 3. Toch zullen niet de werkelijk behaalde rendementen worden belast. Dat is volgens de regering vooralsnog te moeilijk uitvoerbaar en te eenvoudig te ontwijken. Wel belooft de regering periodiek – in 2020 voor het eerst en daarna elke 5 jaar – de nieuwe systematiek te evalueren.
Vermogensmix en twee rendementen
Het belastingtarief in box 3 blijft 30% en het heffingsvrij vermogen gaat naar € 25.000 (2015:
€ 21.330). Het forfaitaire rendement wordt vastgesteld op basis van de werkelijk behaalde rendementen over spaargeleden en beleggingen. Jaarlijks wordt dit aangepast, vandaar dat sprake is van een voortschrijdend rendement. Voor 2017 zijn de werkelijk gerealiseerde marktrendementen over 2015 bepalend. Het voordeel uit sparen en beleggen op spaargeld wordt waarschijnlijk voor 2017 vastgesteld op 1,63% en voor beleggingen op 5,5%.
Voor het box 3-vermogen komen drie schijven, met in iedere schijf een andere vermogensmix. Naarmate vermogens hoger worden, blijkt namelijk het aandeel beleggingen toe te nemen. Deze vermogensmix wordt gebaseerd op de informatie uit alle ingediende belastingaangiften bij de Belastingdienst.
In de eerste schijf wordt box 3-vermogen verdeeld op basis van een vermogensmix van 67% spaargeld en 33% overige bezittingen (beleggingsdeel). In de tweede schijf is het aandeel spaargeld 21% en in de derde schijf 0%. Het heffingsvrij vermogen wordt verrekend in de eerste schijf.
Schijven grondslag sparen en beleggen (2017)
€ 0 € 100.000 67% klasse 1 en 33% klasse 2
€ 100.000 - € 1.000.000 21% klasse 1 en 79% klasse 2
€ 1.000.000 - 0% klasse 1 en 100% klasse 2
* Rendement in rendementsklasse I: 1,63%
** Rendement in rendementsklasse II: 5,5%
Tip:
Voor fiscale partners is het voor de box 3-heffing altijd voordelig om het box 3-vermogen 50:50 te verdelen. Ze profiteren zo optimaal van het laag belaste spaardeel. De Belastingdienst gaat standaard uit van deze verdeling.
Hoe was het ook al weer: "makkelijker kunnen wij het niet maken"
Het bovenstaande betekent dat het nog interessanter wordt om vermogen onder te brengen van box 3 naar de BV.
|